16 mei 2016

Ica van Eva Posthuma de Boer

Ik las tijdens de warme dagen ‘Ica’ van Eva Posthuma de Boer. Ik had nog nooit wat van deze auteur gelezen, maar ik had wel een paar interessante recensies gelezen, dus ik was toch wel nieuwsgierig.

Nadine Sprenger is schrijfster en als debutant mag ze naar het boekenbal. Ze adoreert de alom geprezen Ica Metz (zeg maar gerust: Connie Palmen), is gelijk door haar gegrepen en probeert in haar kringetje te komen. Thuis is Nadine er niet echt meer bij, ze wil een nieuw boek schrijven, over Ica en daarvoor zal ze alles op alles zetten. Ze nodigt Ica uit tot een reis naar Frankrijk.

Nadine vindt zichzelf geen fan, maar haar man denkt daar anders over. Ook haar kinderen vinden het niet zo tof dat mama voor een onbepaalde tijd weggaat. Daarnaast wil haar vader het zomerhuis in Frankrijk verkopen, wat Nadine niet kan verkroppen, dus werkt ze dat nogal tegen. Het opzetten van het boek komt ook niet echt op gang, want Ica is niet echt te doorgronden. Er wordt vooral gerookt en wijn gedronken en hoe verder we in het verhaal komen, hoe meer wijn er wordt geschonken. Misschien moet er dan maar iets gebeuren, bedenkt Nadine zich…

Eva Posthuma de Boer schrijft heel mooi, maar vooral ook bij vlagen melancholisch. Het boek is opgedeeld in bedrijven en dat weer in korte hoofdstukken. Nadine zwijmelt van het idee dat ze in nabijheid verkeert van haar idool Ica, maar Ica mag alleen niet weten dat ze een idool is en Nadine vindt zichzelf ook absoluut geen fan. In Frankrijk probeert ze dat dus verborgen te houden.

Het verhaal is in het begin goed te volgen, maar wordt na de tweede helft verwarrend en chaotisch. De personages zijn vaak onder invloed, waarschijnlijk dat dit de soms verwarrende dialogen verklaart. Ook haalt Eva Posthuma de Boer er veel schrijvers en filosofen bij, er wordt geciteerd en er wordt over gepraat. Dit vond ik zelf erg interessant, maar ik begrijp dat het voor andere lezers weer de vaart uit het verhaal kan halen.

Ik had het boek nog krachtiger gevonden als er wat passages waren geschrapt. Vijftig pagina’s minder, dan was het boek veel krachtiger geweest in mijn ogen. Nu dreef soms de melancholie als een soort stroop over enkele passages en dan is het echt een innerlijk gevecht om je aandacht bij het boek te houden. Gelukkig maakt Eva Posthuma de Boer dat op het einde weer goed, ze geeft een mooie draai aan het verhaal en laat je achter met gedachtes én de vragen waar je nou net geen antwoord op kreeg.