3 maart 2024

Mailen met Max van Olden

Max van Olden schrijft thrillers, maar werkt ook als jurist. Hij is erg geïnteresseerd in het fenomeen AI en schreef vorig jaar voor young adults een novelle.

Ik vroeg of hij tijd had voor een interview. Max van Olden heeft een druk leven, maar hij had gelukkig een moment over om met mij te mailen. Ik vroeg aan hem hoe hij een thriller uitwerkt, hoe hij het vond om voor jongeren te schrijven en hoe hij een druk leven combineert met zijn werk als schrijver.

Je hebt al wat boeken geschreven, maar je bent ook druk als jurist bij een beroepsorganisatie voor fotografen, hoe combineer je dit samen? Is schrijven voor jou een uitlaatklep?

Het schrijven van een boek naast een baan lijkt bijna ondoenlijk, maar ik zeg altijd: als je, in plaats van op de bank tv te kijken, iedere avond twee uurtjes achter je laptop gaat zitten om te schrijven, dan heb je na driekwart jaar een boek. Het helpt natuurlijk wel als je al een plot hebt uitgedacht en niet halverwege alles weg moet gooien omdat het verhaal toch niet goed in elkaar blijkt te zitten.

Ik weet niet of schrijven voor mij een uitlaatklep is, het is meer een soort natuurlijke drive. Ik vind nu eenmaal weinig dingen zo leuk als het creëren van iets nieuws. Het is ook een rode draad in mijn leven. Als kind tekende en schilderde ik uren achter elkaar, in mijn studententijd ging ik fotograferen en gitaarspelen en toen ik eind twintig was begon ik met schrijven.

Inmiddels heb ik een hele brede ervaring opgebouwd met schrijven. Op het gebied van fictie schrijf ik thrillers, korte verhalen en tv-scripts. En op het juridische vlak zijn het processtukken, correspondentie, nieuwsartikelen, columns, blogs en whitepapers. Erg leuk want iedere schrijfvorm luistert naar zijn eigen wetten en gebruiken.

‘Het zwarte dossier’ las als een achtbaan en er viel ook een hoop mee te puzzelen. Hoe kwam jij op dat idee en hoe werk jij als auteur dat idee vervolgens uit?

Het idee voor ‘Het zwarte dossier’ ontstond toen ik een keer op tv zag dat de crimineel Willem Holleeder tijdens een zitting achter een groot zwart scherm moest plaatsnemen. Men wilde voorkomen dat hij met gebaren geheime boodschappen aan iemand in het publiek kon doorgeven. Ik vond dat erg fascinerend en ontwikkelde op basis van dat gegeven het idee voor het boek: een crimineel die vanuit de gevangenis een dichtbundel publiceert, waarin geheime instructies staan voor een moord.

Maar daarmee ben je er natuurlijk nog niet, want je heb ook sterke personages nodig, een decor, verwikkelingen, plot-twists, cliffhangers, en natuurlijk een verrassende, nagelbijtende finale. Met het uitdenken daarvan ben ik wel een paar maanden zoet. Er zijn auteurs die beweren gewoon zonder plan te beginnen waarna ze al schrijvende de plot ontwikkelen, maar eerlijk gezegd weet ik niet goed hoe dat kan werken. Misschien lukt het met een roman, want dan is de plot minder belangrijk, maar als je verhaal als een Zwitsers uurwerk moet kloppen dan gaat daar echt wel grondig denkwerk aan vooraf lijkt me.

Foto: Patricia Rehe

Kunnen we binnenkort een nieuwe thriller van jou verwachten?

Ik wil zeker weer een nieuw boek gaan schrijven. AI heeft me behoorlijk in zijn greep. Voor mijn werk bij beroepsorganisatie DuPho adviseer ik professioneel fotografen over de voors- en tegens van deze technologie maar ook privé houdt het me bezig. Ik vind het ontzettend fascinerend om te zien hoe de ontwikkeling van AI als het ware accelereert.

Je kunt denken: ach met blockchain en the metaverse dachten we ook dat het de wereld ging veranderen en dat is toen ook niet gebeurd, maar ik vind AI van een andere orde. Het is een soort mastermind. Neem nou de nieuwe toepassing Sora, van Open AI. Dat programma genereert hele video’s op basis van een enkele prompt (instructie). Je kunt op hun website bijvoorbeeld een droneopname zien die is gemaakt met de instructie: historisch beeldmateriaal van Californië tijdens de Goldrush. Ga maar eens kijken: je weet niet wat je ziet, zo levensecht maar het is allemaal gegenereerd.

Vaak is AI negatief in het nieuws, maar er zijn ook veel mooie toepassingen, of hele praktische. Ik denk dat we over een paar jaar allemaal een personal assistant hebben die zijn “baas” door en door kent en hem of haar taken uit handen geeft, adviseert over voeding, sport, slaap, maar ook over je belastingen, je carrière en misschien zelfs je relatie. De taalbarrière zal verdwijnen. Oude geschriften waarop geleerden zich hebben stukgebeten kunnen nu ineens worden ontcijferd en in de medische wetenschap kunnen AI modellen straks foutloos kankercellen herkennen. Dat zijn fantastische ontwikkelingen die alleen maar sneller en efficienter worden.

Maar goed, ik dwaal af….Ik ben dus bezig met een idee voor een verhaal over AI maar ga er nog niet teveel over zeggen. Het moet in ieder geval een verhaal worden waarin ook de mooie kanten van AI worden belicht. Want of het je nu boeit of niet: AI gaat nooit meer weg dus kun je maar beter focussen op de positieve toepassingen.

Voor Kluitman heb jij de novelle ‘Deepfake’ geschreven, hoe was het om voor young adults te schrijven?

Dat was eerlijk gezegd moeilijker dan ik dacht. Je moet je goed inleven in de doelgroep en dat betekent onder andere dat je de taal van pubers leert kennen. In het begin waren mijn dialogen veel te keurig en formeel. Je kunt in een YA gerust woorden gebruiken als kutwijf, eikel of fuck you, maar daar moest ik erg aan wennen. Pas toen ik dat soort uitdrukkingen wél ging gebruiken, en wat losser en bondiger ging formuleren kwamen het verhaal en de personages tot leven.

Verder ging het om een boek in de novelle reeks van Kluitman, wat betekende dat de limiet 20.000 woorden is. En zoals ik vaker heb gemerkt: het schrijven van een kort verhaal is moeilijker dan een dik boek. Je hebt veel minder ruimte om personages te beschrijven, de mensen die je boek bevolken moet je eigenlijk in drie zinnen neer kunnen zetten.

Maar gelukkig had ik goede redacteurs en ik ben erg tevreden met het resultaat. Het boek is positief ontvangen en het is ook populair: het is zelfs enige tijd uitverkocht geweest. Veel scholen hebben het aangeschaft en lezen het soms klassikaal en ik ben ook al door leraren benaderd om over het boek te komen vertellen, wat ik natuurlijk graag doe.

Je hebt een druk leven, kom je zelf ook aan lezen toe en zo ja, wat lees je dan graag?

Tijdens het schrijfproces kom ik amper aan lezen toe, maar omdat ‘Deepfake’ in het najaar van 2023 is verschenen heb ik alweer heel wat boeken verslonden. Een greep uit wat ik de afgelopen weken heb gelezen: ‘Boy 7’ (YA) van Mirjam Mous, ‘Normale mensen’ van Sally Rooney, ‘Verraderlijk patroon’ (YA) van Marlen Visser, ”t Hooge Nest’ van Roxanne van Iperen, ‘De verdeelde Staten van Amerika’ van Charles Groenhuijsen. Momenteel ben ik halverwege ‘Don Quichot’ van Miguel de Cervantes want ik lees ook graag af en toe een klassieker.

Gek genoeg lees ik zelf weinig thrillers. Als als het aankomt op spanning dan vind ik het leuker om spanning te creëren dan om thrillers te lezen. Hoe dat komt? Ik denk dat er een kleine entertainer in mij huist die liever anderen vermaakt dan dat hij vermaakt wordt….

Van Max van Olden verscheen:

Max, veel dank voor je tijd en uitgebreide antwoorden op mijn vragen! Ik vond het onderwerp AI erg interessant.